Avond over het schilderij als object bij Galerie Dürst Britt & Mayhew

Aanleiding voor deze avond zijn twee tentoonstellingen die momenteel in Den Haag te zien zijn: De presentaties van Koos Flinterman (Den Haag, 1950) bij twelve twelve en van de Britse kunstenaar Alex Farrar (Leeds, 1986) bij Dürst Britt & Mayhew.

Sprekers: 
Maria Barnas 
Egbert Dommering 
Carel Blotkamp
Gilius van Bergeijk

Het schilderij als object   

De kunstenaars, met een beduidend verschil in leeftijd, hebben een affiniteit met elkaars werk. Dit vindt ongetwijfeld een oorsprong in een licht ironische benadering van ‘Het Schilderij’. Niet als schilderkunstig fenomeen maar in hun hoedanigheid als object. Marlies Levels schrijft in de publicatie over het werk van Flinterman: "Het gaat niet om geschilderde schilderijen of ‘het voortduwen van verf met een kwast over een drager’ maar om ‘dingen’ die zelf een relatie met de werkelijke ruimte dienen aan te gaan.”    

Voor Farrar geldt iets soortgelijks. Zijn schilderijen - ‘Sweat Paintings’ noemt hij ze - zijn slechts een onderdeel van de door hem ingezette middelen. Zijn dunne verf op opgespannen, licht doorschijnend doek wordt aangebracht op zodanige wijze dat monochrome silhouetten ontstaan. Hij presenteert de ‘Sweat Paintings’ binnen opstellingen met gewone, en door hem gemanipuleerde objecten, als performatief potentieel in steeds wisselende samenstellingen en op locatie toegespitst.

In beide oeuvres is sprake van ‘hergebruik’ van bestaand artistiek c.q. iconisch materiaal. Bij Flinterman gebeurt dat in letterlijke zin, zoals de titel van zijn tentoonstelling al aangeeft: 'Portretten van Sculptuur’ - ofwel van ‘iconen’ uit de laat modernistische beeldhouwkunst,  zoals onder andere Henry Moore, Barbara Hepworth en Jean Arp. Bij Farrar doet zich het hergebruik minder letterlijk voor. Maar in één van zijn publicaties, DUEL, gaan twee kunstenaars met elkaar in gevecht middels het citeren van iconische uitspraken van kunstenaars. Ook roepen de Sweat Paintings met de silhouetten van liggende lichamen associaties op met de Antropometrieën van Yves Klein.  

De avond wordt verzorgd door de volgende sprekers: 

 

Maria Barnas
Schrijfster, dichter en beeldend kunstenaar
Zij zal in een voor haar kenmerkende vorm het werk van de kunstenaars belichten.

Egbert Dommering
Jurist, hedendaagse kunstkenner en verzamelaar
Aanleiding hem als spreker uit te nodigen is zijn recensie op zijn blog van de laatste Open Ateliers van de Rijksacademie, waarbij hij concludeert dat we “alle beschouwingen over (post)modernisme en/of wat een kunstvoorwerp nu eigenlijk is sinds Duchamp een urinoir en Warhol een Brillo Box tentoonstelden, in de kast kunnen zetten”. Hij geeft zijn verhaal de titel mee: ”Ho ho, wat heeft dat te betekenen!?”.  

Carel Blotkamp
Kunsthistoricus en beeldend kunstenaar
Hij gaat in op bovengenoemd ‘hergebruik’. Dit is tevens een belangrijk aspect in zijn werk als beeldend kunstenaar, waar bestaande schilderijen worden nagebootst met een kleurrijk palet van pailletten.  

Gilius van Bergeijk
Musicus en componist
Net zoals in de beeldende kunst, komt het hergebruik van bestaand materiaal ook veelvuldig in de muziek voor. Aan de hand van diverse voorbeelden, met name uit eigen werk, belicht Gilius van Bergeijk ‘hergebruik’ in de muziek. 

Dat dus allemaal naar aanleiding van de prachtige tentoonstelling 'Portretten van sculptuur' van Koos Flinterman. De tentoonstelling is nog te bezoeken tot en met zondag 17 maart. 

Begin: 19:30h
  

http://durstbrittmayhew.com/
https://www.twelvetwelve.gallery/
 
 
 

 

Datum:
17 maart 2019
Type activiteit:

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0