Afscheidscollege van de heer prof. Dr. J.L.H. Bardoel

Afgelopen vrijdag gaf Jo Bardoel zijn laatste openbare les als professor Journalistiek en Media aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. In de nieuwe Aula aan de Comeniuslaan zag ik diverse bekenden, waaronder het volledige RPCDT met aanhang.  

Onder leiding van de Pedel – met staf – schreed een lange reeks professoren, in toga, met baret, naar hun plaatsen in de halve cirkel achter het spreekgestoelte. Jo liep voorop, hij mocht naar het spreekgestoelte. De voorzitter deed een kort gebed  en vervolgens begon Jo aan zijn terugblik.

De Here heeft gegeven

‘Ik kijk terug met deemoed en dankbaarheid’ zo begon hij. ‘Op deze Universiteit is het allemaal begonnen’. In 1969 begon hij te studeren, Sociologie. En is in 1976 studeerde hij af bij de vakgroep Sociologie van de Massacommunicatie. Het was midden in de roerige tijden. Ook Jo was betrokken. Hij had nog meegewerkt aan een Zwartboek tegen decaan professor Osmund Schreuder. Vijftig jaar was Schreuder verbonden aan de Katholieke Universiteit. Het Zwartboek verscheen bij uitgeverij SUN onder de titel ‘De Here heeft gegeven, de Here heeft genomen’. Auctor intellectualis: inderdaad, Jo. Bardoel: ‘Je kunt zeggen wat je wil over de katholieken. Op korte termijn wordt er wel eens iets vergeten – als dat zo past – maar op de langere termijn is het katholieke geheugen uitstekend op orde.’  

In Nijmegen was eind jaren zestig, begin jaren zeventig sprake van een harde confrontatie tussen studenten en bestuur van de universiteit . De sfeer was grimmiger dan in andere studentensteden. Bardoel: ‘Relatief meer studenten waren afkomstig van de gewone bevolking. Ze wilden maatschappelijke problemen begrijpen en oplossen. Toch is er in de geschiedschrijving weinig van overgebleven; als er aandacht is voor studentenprotest en contestatie in die periode gaat de aandacht eerder uit naar gebeurtenissen in andere studentensteden.’

De dames van de typeafdeling

De kritische professor Harry Hoefnagels S.J. werd Jo’s mentor. Hoefnagels introduceerde Jürgen Habermas, die schreef over de Herrschaftsfreie Diskussion in zijn beroemde boek  Strukturwandel der Öffentlichkeit. Habermas' concept werd en bleef leidraad voor Jo. Jo ontwikkelde zich snel in Nijmegen. ‘Op het gymnasium was ik nog KVP, in Nijmegen PPR (‘de club van Erik Jurgens, hier achter mij’). Vervolgens ging hij ook deel uitmaken van de Zuid-Afrika beweging, de homobeweging en de studentenbeweging. Bardoel: ‘In deze volgorde.’  

Jo Bardoel had belangstelling voor de omroep en de journalistiek en koos als specialisatie Massacommunicatie, de vakgroep die onder leiding stond van Gerard Marsman. Met Peter Vasterman deed hij een stage bij en scriptie over de VPRO-tv.  Jan Blokker, toenmalig hoofd tv, had zo zijn twijfels bij die studenten uit Nijmegen, evenals Arie Kleywegt. Maar Leo Kool trok hen over de streep. Het resultaat was een scriptie van 500 pagina’s – helemaal uitgetypt door de dames van de typeafdeling van het Sociologisch Instituut – met de titel Progressiviteit in de omroep. Bardoel: ‘Kom daar nog eens om. Je mag tegenwoordig al blij zijn met 40 pagina’s.’

Stratemaker-op-Zee-show

Via Kees van der Haak kreeg Jo zijn eerste baan bij de NOS. ‘Aanvankelijk om de nieuwe technische ontwikkelingen op het gebied van elektronische informatie in kaart te brengen, maar al snel bemoeide ik me ook met andere zaken.’ Hij bleef publiceren. Van Marges in de Media: Het verbroken contact tussen omroep en publiek, samen met onder andere Peter Vasterman tot en met het recente Journalistieke cultuur in Nederland, samen met onder andere Huub Wijfjes. In de vroege jaren tachtig was Duitsland geïnteresseerd geraakt in wat dat kleine buurlandje allemaal aan vernieuwends op de tv bracht. Namens de NOS en met een aantal programmakers maakte Jo een tournee door Duitsland waar de Duitsers met open monden zaten te kijken naar een programma als de Stratemaker-op-Zee-Show.

Voor de NOS maakte hij een studie over de Omroep en de wereld van Kunst en Cultuur. En ook een kritische analyse van omroep en omroepbeleid. Bardoel: ‘Het huidige omroepbestel heeft zichzelf al tien jaar overleefd. Het beleid op het terrein symboliseert het gestolde wantrouwen.  De plannen van de huidige staatssecretaris Dekker liggen in lijn van de adviezen van de WRR. Maar de uitvoering ligt zeer complex. Je zou het een regelluwe omgeving toewensen, zoals nu in feite het geval is op het gebied van het onderwijs.’

Het mentale middenveld

In een rapport dat in 1988 verscheen over Journalistiek & de Toekomst noteerde Bardoel een aantal trends. Er zullen nieuwe communicatievormen komen met interactie als voornaamste kenmerk, was de eerste. Vervolgens: elektronische opslag biedt kansen om nieuwe diensten te ontwikkelen en ten slotte: het publiek wordt de beslissende factor in de communicatie. Bardoel: ’Dat heet nu netwerkjournalistiek.’

Het bekende internationale communicatiewetenschappersblad The International Journal of Communication van de Annenberg School for Communication in Zuid-Californië schreef onlangs: ‘Jo Bardoel has become a moderate too’.  Bardoel: ’Ik ben zelf betrokken geraakt bij het Nederlandse mediabeleid. Uitgangspunt is de civiele samenleving. Maar er is niet alleen overheid, maar ook markt. De publieke omroep moet op weg om een eigen positie te vinden. Er lijkt een politieke meerderheid te zijn voor Informatie en Cultuur als inhoudelijke terreinen.

Op de reis die de Publiek Omroep gaat maken moet ze zich op alle platformen vrijelijk kunnen ontwikkelen. Het zal blijken waar de aantoonbare publieke meerwaarde ligt. Er lijkt een zekere angst voor experimenten ingetreden te zijn. De publieke omroep lijkt niet alleen het maatschappelijke, maar ook het mentale middenveld te representeren. We vieren dit jaar 25 jaar commerciële omroep in Nederland. Ik heb het leren accepteren in de gedachte dat de creatieve industrie in Nederland een brede basis nodig heeft.'   

De geboren professor

'Ook in de selfie samenleving blijft samenspraak belangrijk. De professionele journalistiek moet zijn toekomst in het onderscheid zoeken. Journalistiek heeft te maken met betekenisverlening en duiding. De netwerkjournalistiek vraagt een ander type journalist dan vroeger. Maar wordt die ook goed betaald? Staat de journalistieke professie een proces van proletarisering te wachten?'

Jo Bardoel was zeer actief, hij maakte deel uit van vele formele en informele clubjes. Over een van die clubjes, het RPCDT, waar ik zelf ook deel van uitmaakte, had ik het al. Bardoel dankte alle mensen van alle officiële en minder officiële clubjes, inclusief het RPCDT.

Tenslotte gaf de huidige nieuwe hoogleraar Communicatiewetenschap Prof. Dr. M.A. Buijzen (Moniek) een kenschets van Jo Bardoel: 1) Jo, de geboren Professor, 2) Jo, de Stem, 3) Jo, de Netwerker. En toen gingen we aan de borrel.

Tags

Reageren