Dario Poli: “Als je niet voor iets vecht, verdien je het ook niet”

Schilder, schrijver, componist … Dario Poli, in eigen woorden een ‘intellectuele anarchist’ en ‘Renaissance man’ van het nieuwe millennium, gaat nader in op zijn visie op kunst en muziek en trakteert ons op anekdotes uit zijn fascinerende leven. Daarnaast presenteert hij zijn twee laatste projecten: de musical Amsterdam en zijn nieuwe boek, gebaseerd op het leven van zijn vader: The Boatkeepers’s Daughter.

Als fervent cinefiel was ik dit jaar vooral onder de indruk van een film met de titel Whiplash. Het is het verhaal van een jonge muzikant die vecht om de beste drummer van de wereld te worden. Hij wordt aangedreven, sommigen zeggen ‘waanzinnig gepushed’ door een brute leraar, voor wie er niets ergers is dan de uitdrukking ‘Goed gedaan, jongen’.

Brief aan de burgemeesters

De film werpt diverse filosofische kwesties op, waaronder de vraag of je een genie kunt forceren. Het antwoord blijft een beetje in de lucht hangen, maar komt neer op het volgende: je kunt een genie niet forceren, je loopt eerder de kans dat je het vernietigt. Soms staat een genie op, puur op basis van het te willen zijn, gecombineerd met vastberadenheid en hard werken. Aan deze dingen moet ik denken als ik Dario Poli ontmoet.

Ik spreek met de componist over zijn nieuwste werk: de musical Amsterdam. Het idee verscheen in een droom. Het is het verhaal over een zoek geraakt kunstwerk. Het kunstwerk moet zich ergens bevinden in de stad van de grachten. Het wordt gevonden door een groep straatmuzikanten uit Marbella. Het is een ambitieus project. Op dit moment schrijft Dario een brief aan de burgemeesters van Marbella en Amsterdam  waarin hij op datgene wat bijna zijn levenswerk is ingaat.

Voor het schrijven van de musical heeft Dario een team gevormd met co-auteur David Mairs en met Mugge Fischer en Ose del Sol. Deze laatste heeft een prachtig schilderij gemaakt van een mooie dame die een armband draagt met drie kruisen er op. De drie kruisen zijn het symbool van Amsterdam. Waar het vandaan komt weten we niet, maar de musical probeert een antwoord te geven.

De nachtegaal

Dario is ook op zoek naar een uitgever voor zijn nieuwe boek The Boatkeepers’s Daughter. De roman is gebaseerd op het leven van zijn vader, een Toscaanse operazanger die opgroeide in Schotland. Hij werd gearresteerd na een optreden vlak voor de Anglo-Italiaanse oorlog. Dario zegt dat de oorlog zijn vader heeft veranderd. “Hij werd een harde man.” Het boek is geïnspireerd door een jong meisje dat in de buurt van het interneringskamp waarin zijn vader was ondergebracht woonde. Het kamp bevond zich op een eiland midden in de St. Lawrence rivier bij Montreal, Canada.  

“De commandant van mijn vader ontdekte dat hij een bekende operazanger was. Hij vroeg hem of hij kon optreden op een feestje voor belangrijke hoogwaardigheidsbekleders. Op een dag liep hij naar het hek dat het kamp scheidde van een mooi botenhuis. Hij begon te zingen en toen zag hij opeens een gordijn bewegen in het venster.”

Het was het jonge meisje. Ze was onder de indruk van zijn zang. Omdat ze niet met hem kon communiceren liet ze briefjes achter die ze verstopte onder een rots aan de andere kant van het hek. Dario’s vader verzamelde ze als waren het heilige voorwerpen. Ze hebben elkaar nooit ontmoet. Opeens was het meisje verdwenen. Jaren nadat zijn vader overleden was, vond Dario deze brieven, vol onschuld en bezorgdheid over ‘de nachtegaal’.

Huckleberry Finn

Amsterdam en The Boatkeeper’s Daughter zijn het topje van de ijsberg. Dario is bijzonder productief en veelzijdig, ondanks dat hij weinig steun kreeg om zijn kunstzinnige en intellectuele capaciteiten te ontwikkelen.  “Toen mijn vader terugkwam van de oorlog, begon hij een onderneming en hij zette me op zeer jonge leeftijd aan het werk.” Niet zo bekend is dat Dario’s vader betrokken was bij de start  van de productie van potato chips. “Toen ik vijf was, kreeg ik de opdracht zout toe te voegen in de kleine blauwe zakken.” Dario ging niet veel naar school. Toen hij achtenhalf was tastte het harde werken zijn gezondheid aan en stuurde zijn vader hem naar de Toscaanse boeren in de buurt van het Carrara gebergte om aan te sterken.

Op weg daarheen, raakte Dario de weg kwijt in Parijs. Gelukkig maar, want de trein waar hij zich moest bevinden ontspoorde, met vele doden als gevolg. Het was niet de eerste keer dat het geluk hem toelachte. “In de numerologie heb ik het nummer 19, een geluksnummer. Geluk is altijd aan mijn zijde.” In Toscane werd de jongen een man. Zijn zelfvertrouwen groeide en hij kreeg zelfs een gevoel van onoverwinnelijkheid. “Ik leefde als Huckleberry Finn, zonder schoenen … Ik leerde vechten, paardrijden, omgaan met koppige muilezels en reptielen. I groeide hard en toen ik weer thuis kwam, herkende mijn vader mij bijna niet.”

Leonardo da Vinci

Zijn vader, harde werker als hij was, had ondertussen niet alleen een groothandel, maar ook een restaurant. In de tijd die hij vond tijdens de bediening van de kanten begon Dario aan zijn grootste passie behalve kunst: lezen. “Misschien omdat ik niet mocht studeren. Leren werd een obsessie. Ik las ’s morgens, ’s middags en ’s avonds en toen ik 14 was had ik het verzamelde werk van Tolstoy uit. Tot op de dag van vandaag studeer ik. “ De studie uren wierpen hun baat af. Intussen heeft Dario diverse geïllustreerde boeken en artikelen voor prestigieuze tijdschriften geschreven. Meestal gaat het om raadselachtige personen in de geschiedenis en de literatuur, zoals Nostradamus, Mark Twain, en Mozart.

Een historische figuur die hij graag zou hebben ontmoet, is Leonardo da Vinci. “Net als ik had hij een veelzijdige geest. Ik ben, net zoals hem, humanist. Ik heb de neiging in de weer te komen tegen alle soorten pesterijen, om het even of het fysiek, mentaal of zelfs commercieel is. Na het bestuderen van diverse politieke systemen, kunst en filosofie beschouw mezelf als een anarchist. Ik blijf altijd analyseren wat er in de wereld gaande is vanuit een praktisch en een spiritueel gezichtspunt.”  

De jonge kunstenaar leerde ook muziek, met veel dank aan zijn buurman: “Maestro Gasparini was in zijn tijd een van de bekendste cellisten. Toen ik ziek was speelde hij voor mij muziek en toen ik beter werd leerde hij me de basis van muziek.”

Humperdinck

Dario vertelt me dat hij een schilderij dat hij maakte altijd bewaard heeft. Het is een muurschildering met de Apocalyps als thema. Hij schilderde het als het in zijn vader’s restaurant even rustig was op de muur. Die was van formica. “Formica is een moeilijke ondergrond. Het is glad, maar ik was vastbesloten het schilderij te voltooien. Het was alsof ik in opstand kwam tegen mijn vader door hem te laten zien dat ik ondanks zijn falen mij een opleiding te geven of mij te helpen in mijn kunstzinnige belangstelling, ik liet zien dat ik er niet aan onderdoor ging.” 

Het schilderij is indrukwekkend, qua aanpak en qua techniek. Het overstijgt de capaciteiten van een 15jarige die volledig autodidact met de verkeerde materialen aan de slag is gegaan. Een gerenommeerd schilder uit Florence bood hem – nadat een geniale kern in het werk zag – via hem kunst te gaan studeren in Florence. Dario’s vader stak daar – weer – een stokje voor.

Toen Dario 17 was opende hij, met al het geld dat hij door de jaren heen had gespaard, een eigen restaurant in Leicester. De muren waren versierd met gitaren en regelmatig nam Dario er een om voor de gasten te spelen. Veel kwamen er van de overkant, waar het Haymarket Theater was. Een van die bezoekers zou zijn leven op een ander spoor zetten. Het was de broer van Engelbert Humperdinck. Hij nodigde Dario uit om samen op te treden op het eiland Man.

Een combinatie van Edvard Munch, Dali en William Blake

Het leidde ertoe dat Dario en zijn zus Delia het duo Two of a Kind vormden en een prestigieuze concours  wonnen dat georganiseerd as door ATV televisie. Ze traden op te midden van sterren als Buddy Greco, Olivia Newton-John, Julie Felix, Bruce Forsythe, Dave Allen en Engelbert Humperdinck.

Dario is ook co-auteur van de musical Lady X and the Power of Destiny (over het leven van Prinses Diana). Het lied Marbella, Marbella is zijn geesteskind. Het is geschreven om het beeld van Marbella te verbeteren na de slechte pers die het kreeg door de voorvallen in het stadsbestuur.

De bekroonde fotograaf Paul Chave heeft Darion wel eens omschreven als “een combinatie van Edvard Munch, Dali en William Blake”. Hoewel zijn kunst iets etherisch heeft, is hij boven al een humanist, wordt hij geleid door de niet aflatende behoefte te strijden tegen onrecht. Helemaal vol van zijn plannen over zijn laatste musical zegt hij: “De opwinding voel ik elke dag, elke dag kom ik een stap dichter bij de uiteindelijke productie.”

De zegswijze ‘Zien is geloven’ gaat voor Dario niet op. De magische essentie ligt voor hem juist in datgene wat je niet kunt zien. “Sommige mensen zeggen dat het mij nooit zal lukken een musical in Nederland te realiseren. Ik zeg tegen hen: Let maar eens goed op!”.

Geschreven door: Marisa Cutillas. Foto’s: Dario Poli

 

Tags

Reageren