De terugkeer van de ketubah (4)

Een trans-Atlantisch contact

Wij ontmoetten Alexander van der Linden tijdens een joodse herdenkingsdienst op de Harstenhoekweg 11, de straat waar zijn familie al zo lang woonde. In de pauze snelde hij naar huis om de door hem zelf fraai ingelijste ketubah op te halen, want misschien hadden wij een idee hoe de nazaten van dit gezin te achterhalen.

Maryland

Dat verzoek leidde tot een zoektocht langs vele schijven, die ons ten slotte in contact bracht met nazaten in de Amerikaanse staat Maryland. Weliswaar had Elly Rachel Moses-Van Leeuwen, die in 1931 geboren dochter van het echtpaar van het huwelijkscontract, enige documenten en familiefoto’s afgestaan aan het United States Memorial Museum in Washington, maar tien jaar na haar schenking beschikte het museum niet meer over de actuele adresgegevens.  

Het echtpaar woonde destijds in Clearwater (Florida), maar op het stadhuis in dat stadje stonden zij niet langer als bewoners ingeschreven. En als mensen geen sporen nalaten op de elektronische snelwegen van Google, dus anoniem op een weids continent aan de andere kant van de oceaan wonen, dan zijn ze uiteraard niet zomaar te vinden.

Via onze diplomatieke kanalen in Nederland lieten we informeren bij ambassades in Miami en Washington, maar ook dat leverde geen adres van Elly Rachel of van haar jonge zusje Chellie op.

Oom Louis de Groot

Hulp kwam, zoals zo vaak, uit onverwachte hoek. Iemand raadde ons aan om navraag te doen bij een Nederlandse vereniging in Haifa, via wie we in contact kwamen met Shai Schellekes, een arts, wiens moeder een nicht bleek van Judith de Groot, de vrouw wier naam vermeld stond op de ketubah.  

Als jongetje van zeven was hij wel eens met zijn moeder in Amerika op bezoek geweest bij tante Elly Rachel en haar man Jerry Barish, die zijn geld verdiende als ijsverkoper. Hij wist zich ook nog te herinneren dat het echtpaar een dochter had, Julia, een naam die via het web naar Las Vegas voerde, waar zij woonde met haar man Lazareck.

We probeerden vervolgens via de sociale media met haar in contact te komen, maar tevergeefs. Nu had het Memorial Museum in Washington ook een filmpje van de familie De Groot in Arnhem op haar website gezet, dat we doorstuurden naar neef Schellekes, die er zijn oom Louis de Groot op herkende.

Grootmoeder Judith van Leeuwen-de Groot

Die naam leidde in Washington wel naar een naam en zelfs naar een telefoonnummer van degene die het filmpje had afgestaan. Op ons verzoek werd die persoon toen benaderd. Ze stuurden ook onze email door en binnen een dag kregen wij een reactie van kleindochter Judy Carrig uit Baltimore.

Haar moeder Elly Rachel bleek bij haar in huis te wonen. Vanwege haar polio, die het gezin in haar jeugd naar kuuroord Scheveningen had gevoerd, was zij al enige tijd hulpbehoevend en kon ze niet functioneren zonder hulp van haar familie. Ze beschikte zelf niet meer over een computer, maar haar dochter uiteraard wel en die wilde graag meer weten over het verleden van haar moeder.

Zij wilde, zoals zovelen die deze traumatische periode overleefden, liever niet over de oorlog praten. Niettemin stuurden wij een afbeelding van de ketubah, het document dat het meest direct verwees naar de voorgeschiedenis van haar grootmoeder Judith van Leeuwen-de Groot. Hiermee was de eerste brug geslagen tussen toen en nu.

Rond de tafel

Nu er eindelijk contact tot stand was gekomen, wilde Alex van der Linden niets liever dan het joodse huwelijkscontract overhandigen aan de nazaten van het gezin dat in het huis van zijn familie had gewoond. Maar de sprong over het ravijn van de Shoah vergde meer dan een handreiking uit Scheveningen.

Moeder Elly Rachel wilde liever niet herinnerd worden aan de ervaringen tijdens de oorlog, want de gedachten daaraan voerden haar meteen terug naar de onveilige situatie tijdens de onderduik op zeker tien verschillende adressen. Zelfs vage verwijzingen naar die tijd bezorgden haar al meteen nachtmerries, dus dochter Judy moest voorzichtig te werk gaan.

Het duurde meer dan driekwart jaar na ons eerste contact voor zij het eindelijk aandurfde om met haar moeder rond de tafel te gaan zitten en enige vragen te stellen die wij haar hadden toegestuurd. We wilden het vooral hebben over de minder bedreigende jaren dertig, waaraan de twee geëmigreerde zusjes naar eigen zeggen vooral mooie herinneringen bewaarden.

Aangetrouwde zwager Isaac

Door haar summiere antwoorden kreeg het vooroorlogse gezin Van Leeuwen eindelijk contouren, zij het vage, want de beide dochters waren veel te jong om al op de hoogte te zijn van de ins en outs van de familiegeschiedenis. Ze wisten wel dat moeder Judith de Groot uit een Utrechts gezin kwam met vijf oudere broers, die hun zusje behandelden als een koningin.

Hun vader overleed al vroeg, waarna de oudste broer de rol van pater familias op zich had genomen. Zus Judith hielp haar moeder en grootmoeder bij het reilen en zeilen van het huishouden, waardoor zij nauwelijks onderwijs had genoten. Dat gold volgens hun dochter ook voor de Amsterdamse Isaac van Leeuwen, die na hun huwelijk in de zaak van zijn schoonfamilie kwam werken.

Zakelijk gezien ging het de familie voor de wind, want ze hadden op een zeker moment vestigingen in zowel Amsterdam, Arnhem als Den Haag. Aan het hoofd van de dependance in de hofstad kwam vanaf 1930 de aangetrouwde zwager Isaac te staan, die in de gemeente Den Haag stond ingeschreven als koopman in elektrische waren.

Grote foto van de koningin

Een reden voor het echtpaar om eind jaren dertig in Scheveningen te gaan wonen, was de opspelende ziekte van hun dochter Elly Rachel. Zij had al jong last van polio en had baat bij de frisse zeelucht in het kuuroord, waar ze in 1940 in handen kwam van een professionele therapeut.

Haar ouders gingen niet in de wijk naar sjoel, maar bezochten de Hollandse synagoge in de Wagenstraat. Met wie ze omgingen, wisten de dochters in Amerika niet te zeggen. Daarvoor waren ze te jong geweest en lag die tijd te ver achter hen. De zusjes gingen wel naar school in de wijk, tot in de derde klas een van hun leerkrachten door de Duitsers werd opgepakt en zij alleen nog naar de joodse school in de Haagse binnenstad mochten.

Van de inrichting van hun huis aan de Harstenhoekweg wisten zij nog enige beelden op te roepen, zoals de kolenkachel in de tussenkamer – de erkerruimte moest het zonder verwarming doen – en een stevige kolenoven in de ruime keuken. Olieverfschilderijen aan de muren, gemaakt door de artistieke leden van de familie. Een grote foto van de koningin aan de wand, want aan de oranjegezindheid van de familietakken Van Leeuwen hoefde niemand te twijfelen.

In de tuin achter hun huis groeide geen gras, maar lagen rode stenen met aan de randen kleurige bloembedden. Ook was er een kleine patio aangelegd. Het keldergewelf diende voor de opslag van levensmiddelen en werd tijdens de oorlog gebruikt als schuilplaats zodra het geluid van de vijandige vliegtuigen viel te horen.

Kleindochter Lauren

We mochten iets meer aan de weet zijn gekomen over de lotgevallen van het echtpaar voor wie tijdens hun Amsterdamse huwelijksceremonie in 1928 de ketubah was opgesteld, we begrepen ook dat er via hun dochters – kinderen nog in de jaren dertig – niet veel meer over de familiegeschiedenis boven tafel zou komen.

Het contact met de Amerikaanse nazaten stuitte op de grenzen van het geheugen. Verder aandringen zou bovendien alleen maar tot pijnlijke herinneringen en nachtmerries leiden, en dat kon niet de bedoeling zijn. Intussen was bij de derde generatie door onze uitwisseling een belangstelling gewekt die zich niet meer liet beteugelen.

Zodra het kon, wilde kleindochter Lauren Carrig het huis van haar overgrootouders bezoeken en het beeld van de overgeleverde privéfoto’s spiegelen aan de huidige situatie. Ook de kelder waar Alex de papieren had gevonden , hoorde bij deze zoektocht naar het verzwegen familieverleden. Het lukt dochter Judy niet om naar Nederland te komen, maar kleindochter Lauren kreeg in juni 2015 een vliegticket aangeboden voor een vlucht naar Amsterdam.  

Ketubah terug bij oma Elly Rachel

Die trip greep zij aan om een afspraak te maken met Alex van der Linden, die haar een rondleiding gaf door het huis van haar voorouders. Eindelijk terug op de plek waar de geschiedenis van de familie in 1942 zo wreed werd afgebroken. Maar, belangrijker nog, zij kwam in het bezit van de ingelijste ketubah, die zij een week later kon overhandigen aan haar oma Elly Rachel.

Een erfstuk, eindelijk weer in de schoot van de familie. Door de terugkeer van de ketubah kwam er een einde aan een zoektocht van jaren. Het huis van Alex en zijn verwanten had nu een historisch fundament gekregen en tot een gezamenlijk verhaal geleid over de joodse geschiedenis van een aantal over de wereld verspreide families. Van vondst tot verzoening, waarmee de cirkel zich sloot.

Afbeelding 1: Elly (links) en haar zusje Chellie in de erker van hun huis aan de Harstenhoekweg 151, circa 1939 (Collectie United States Holocaust Memorial Museum), 2: Huwelijksfoto van Isaac van Leeuwen en Judith de Groot (Amsterdam, 1928), door hun kleindochter Judy Carrig uit Amerika op 15 februari 2014 per email opgestuurd, 3: Judith van Leeuwen-de Groot (met dochter Elly op haar arm)  met vrienden in Den Haag, circa 1932 (Collectie United States Memorial Museum).

 

 

Tags

Reageren