Lulu Wang’s Nederland: # 7 Sprookjesstad

Sprookjesstad

Op een perron van het Centraal Station in Maastricht stond een meneer op mij te wachten. In traag maar pico bello Chinees heette hij mij welkom.  Zo discreet mogelijk staarde ik naar hem – zeker mijn toekomstige collega aan de vertalersschool. Hij bloosde. Rik was zijn naam, stelde hij zichzelf voor, met ‘ck’. Hij had Europees ronde ogen maar een gele Chinese gelaatskleur. Zijn haar was zwart maar zijn postuur was lang en fors. Dat laatste was waarschijnlijk het werk van het blanke deel van zijn genencocktail. Nog nooit had ik een halfbloedje van dichtbij gezien. Mijn ouders hoopten dat ik twee van dergelijke exemplaren in samenwerking met een Nederlander zou krijgen, maar dit terzijde. Zo discreet mogelijk gaf ik mijn ogen de kost. Rick bloosde weer en bood aan om mij met de auto naar mijn appartement te brengen.

Wij reden eerst en liepen daarna door de binnenstad van Maastricht. Ik waande me in de sprookjes van Hans Christian Andersen. De smalle steegjes met geraniums op de balkons, de straatlampen van glas in lood, de etalages van bakkers en chocolaterieën en de kerktorens dwars door de stapelwolken. Mijn ouders hadden Russische literatuur gestudeerd en een honderdtal fictie- en non-fictieboeken in het Chinees vertaald, geredigeerd en samengesteld, maar ze hadden nog nooit een teen op Russische bodem kunnen zetten. Van jongs af aan voelde ik hun droom in mijn bloed stromen en vandaag kwam hij via mij uit.

Ik zag met mijn eigen ogen de huizen die in Europese boeken beschreven en geïllustreerd stonden. Niet alleen de architectuur maar ook haar bewoners. De pratende, bewegende, bakkende en handelende blonden met blauwe ogen. Alsof ze rechtstreeks uit de boekwerken wandelden, die ik eerst als kind en later als jong-volwassene had verslonden. De letteren bedoel ik. Opeens had ik minder moeite met de oude, grijze gebouwen hier. 

Tags

Reageren