Atlas universel

De Atlas Universel van Phillipe Vandermaelen bevat 400 bladen, waarvan 381 kaarten. Hij werd gepubliceerd in 40 leveringen van 10 pagina’s,
waarbij de eerste levering in juli 1825 aan het publiek werd aangeboden en de laatste in oktober 1827. 

De Atlas Universel was de eerste atlas in zijn genre die eenzelfde schaal hanteerde. Hij werd ook consequent
opgesteld in dezelfde kegelprojectie en volledig wetenschappelijk onderbouwd, zonder afbreuk te doen aan gebruiksgemak en kwaliteit.

Als men alle bladen op een reusachtige wereldbol zou bekleden, zou deze een doorsnede hebben van 7,75 meter. Tot op heden is er echter nog niemand in geslaagd, maar er zijn wel reeds enkele pogingen ondernomen.

Daarnaast was de atlas ook  innovatief door de bladen te laten begrenzen door de lengte- en breedtecirkels. Vandermaelen koos tevens voor een vernieuwende druktechniek, de lithografie, die nog niet eerder in de cartografie werd toegepast. Deze keuze kende twee interessante gevolgen:

• Allereerst verminderde ze aanzienlijk de productiekosten in vergelijking met de traditioneel gebruikte techniek, de koperdruk. De atlas werd gedrukt op 1000 exemplaren en na enkele jaren reeds uitverkocht.
• Vervolgens lieten het gemak en de flexibiliteit van de techniek Vandermaelen toe om zijn product aan te passen aan de evolutie van de kennis en de markt.