Nithin Ramakrishnan, een student uit India op bezoek in Den Haag

Op de opening van de tentoonstelling van René Haakman, begin juli, in Galerie Koenders aan de Haagse Reinkenstraat kwam ik op het eind in gesprek met een Indiase jongen. Hij was net binnengelopen.

Hij was net een dag in Nederland, zei hij. Hij verbleef bij een pension vlakbij in de Obrechtstraat, samen met een aantal andere buitenlanders die uit de hele wereld kwamen: Nigeria, Brazilië, Macedonië etc. Het pension was van mevrouw Bernice Voorberge, die de studenten als ‘haar zoons’ behandelde.  Nitihin wandelde op die zaterdag door de buurt, zag al die mensen zo staan, hoorde de muziek, dacht ‘dat is gezellig’ en liep naar binnen. Toen begreep hij dat het om een opening van een tentoonstelling ging.

Café Augustus, Reinkenstraat

Hij was hier drie weken op uitnodiging van de Academy of International Law in het kader van een Summer School, als student. Hij had een beurs gekregen, gefinancierd door de burgemeester van Den Haag, vertelde hij. We spraken af elkaar over drie weken weer te spreken. Wat waren zijn ervaringen met de Summer School en wat zou hij dan vinden van Nederland?

Eind juli spreek ik de student, Nithin Ramakrishnan heet hij, weer, in de Reinkenstraat in Café Augustus. Hij vertelt dat de Summer School al vanaf 1923 bestaat en dat er dit jaar 315 studenten uit de hele wereld aan meededen, waarvan zo’n 20 procent een beurs gekregen heeft. Het was voor hem een prachtige kans, want hij houdt zich als student bezig met internationaal recht in combinatie met bestuur. Dat doet hij op het Centre for Economy Development and Law, Thrissur, Kerala in het zuiden van India.

Een van Nithin’s professoren, mevrouw Dr. Geeta Madhavan, was in 1998 op de Haagse Academy of International Law geweest, waar ze onderzoek had gedaan in de bibliotheek. Zij schreef, onder meer op basis daarvan, een proefschrift over International Law en terrorisme. Ze had aan Nithin gevraagd, om als hij dan toch in Den Haag was, recent materiaal over dit onderwerp in de bibliotheek van het Vredespaleis te verzamelen, zodat zij haar proefschrift kon updaten. En dat had hij graag gedaan.

Mooie ervaring

‘Het was fantastisch’ zei hij, terugkijkend op de drie weken Den Haag. ‘Ik had gekozen voor Public International Law. Je kon ook kiezen voor Private International Law, maar Public is mijn terrein. We hadden workshops, er liepen hele goede professors rond, echte specialisten, waarmee we rechtstreeks contact hadden, ze gaven ook college’s en er waren enige bezoeken,  aan het International Court of Justice en het International Criminal Court.  

Zo sprak een Afrikaanse rechter, prof. Ben Achour, over het onderwerp Unconstitutional Change of Government, zag hij in de bibliotheek dat een professor van zijn universiteit van Kerala, professor Joseph Chacko,  in 1958 op het Vredespaleis al een keer gesproken had over ‘India’s Contribution to the field of International Law Concepts’. Het was alles bij elkaar een bijzonder mooie ervaring die hij goed kon gebruiken voor het laatste stukje van zijn studie en zijn afstudeerscriptie. Als alles goed gaat is hij in juni 2016 klaar.

Bloemen zijn mooier in Nederland

Wat vond je van Nederland? ‘Het was prachtig. Nog nooit zeiden zoveel mensen mij goedendag of welkom. En dat kwam uit hun hart, dat deden ze niet voor de vorm. En niet alleen bij het Vredespaleis, maar ook in de stad. Misschien ligt het aan Den Haag en is het op andere plaatsen in Nederland minder. Ik voelde me relaxed, mensen hebben hier de tijd voor je. Dat is in India veel minder. En het is ook zo schoon hier.’Vond je het niet wat regenachtig?’ ‘Dat is juist romantisch. Daar krijgen de bloemen mooiere kleuren van. De bloemen in Nederland schijnen echt. It’s pleasing my eyes’.  Van alle studenten die in het pension in de Obrechtstraat verbleven, ben ik de enige die terug naar zijn land wil. De anderen willen allemaal het liefst blijven, op een of andere manier.’

Met de trein

Is er dan geen enkel minpuntje in Nederland te ontdekken? Nithin denkt even na, hij moet echt moeite doen voor iets negatiefs. ‘In de drogisterij zijn alle toelichtingen in het Nederlands. Dat is een probleem, vooral voor de Afrikanen en de mensen uit Azië.’ En hij heeft nog een ander puntje. ‘Ik reisde met de trein naar Amsterdam. Op de heenweg via Haarlem. Op gegeven moment stopte de trein. We konden niet meer verder, we moesten uitstappen. Iemand was voor de trein gesprongen. Ik hoorde het van anderen, want het werd door de luidspreker alleen in het Nederlands verteld. Uiteindelijk konden we met een andere trein toch verder. Op de terugweg, nu via Schiphol, stopte de trein weer. Weer bleek iemand voor de trein te zijn gesprongen. We konden wel naar Den Haag, maar dan via Utrecht. Na lange tijd waren we in Utrecht en ik stond bij de groep mensen die naar Den Haag moesten. We bleken fout te staan, we moesten naar een ander perron, maar omdat alles in het Nederlands ging, zorgde dat voor verwarring. Enfin, uiteindelijk ben ik wel in Den Haag terug gekomen. De reis duurde wel flink wat uren langer.

In Amsterdam wilde hij wel eens dat beroemde Red Light District zien. Daar gingen zo veel verhalen over. Hij kon zijn ogen niet geloven. ‘Zo schoon. Ik zag er zelfs mensen met hun kleine kinderen rondlopen. De vrouwen werden gerespecteerd. Dat is India wel anders. Daar is het heel smerig, ongezond en respect voor die vrouwen is er totaal niet.’ Hij bekeek ook de Oude Kerk die midden in de buurt staat en beklom de toren ervan.

Monisme

‘Je spreekt zo positief over Nederland, kunnen wij in Nederland nog iets leren van India?’ Nithin moet even nadenken. Hij begint over het rijke historische erfgoed, de waarden, de natuur, maar dan heeft hij echt iets. ‘Wat uniek voor ons is, is het concept van Monisme. De mensen in het westen hebben het altijd over Jij én het universum. Wij, in India, hebben het over Jij in het universum. Alles is een geheel. Dat koppelen we aan waardeneutraliteit, we hebben geen waardeoordeel over goed of slecht. Wat voor de een goed is, is voor de ander slecht. De natuur brengt dat in balans. De God die je zoekt ben jezelf. God en de wereld is deel van jou. Dat is een echte Indiase manier van denken. Het concept nul,  0,  komt uit India. 0 is een cirkel. Dat wil zeggen: waar je ook bent , je komt altijd op dezelfde plaats terug.’

‘We zeggen in India: Na Punyam Na Papam, dat wil zeggen: er is geen deugd. Alles is waardeneutraal, slechte dingen kunnen ook goed zijn en omgekeerd.’ We praten nog even door. Ik verneem ook dat Nithin regisseur is geweest van een paar films, onder andere een met de titel UMAMaHESH WARAM, maar die is uiteindelijk niet in de bioscoop gekomen, die ligt in de filmarchieven. Nu richt hij zijn blik op de wet en het internationale recht.

Nithin tot slot: ‘Als ik terug ben ga ik twee maanden lang iedereen groeten zoals ze in Nederland doen. “How are you?” Mijn droom is een proefschrift te schrijven. Hopelijk in Nederland.’

Circa:
Nee

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0